God wacht nog

Naar aanleiding van de preek van zondagavond over Openbaringen 12 stuurde een meelevende zuster uit de gemeente mij een gedicht.
Het verwoordt op een eigen en aansprekende wijze een aantal zaken die aan de orde kwamen. Daarom geef ik het hier door.
Paul Visser

God wacht nog

De duivel rept zich om de buit te innen
waarop hij nu al eeuwen heeft geaasd.
Hij weet niet waar het eerst aan te beginnen.
Nog nooit heeft satan zich zozeer gehaast.

Hij jakkert langs de wijde wereldwegen
en strooit het zaad van onrust en van wrok.
Waar hij verschijnt, op boulevards, in stegen,
hij gooit de knuppel in het hoenderhok.

 Hij zweept de volken op met grote woorden
en drilt de jeugd als meester in de klas.
En Martin Luther King liet hij vermoorden,
want die kwam niet zo in zijn kraam te pas.

 Hij komt in prachtige vergaderzalen
en schuift daar ongemerkt zijn zetel bij.
Maar ook in kerken en in kathedralen
zit hij als gastlid op de voorste rij.

 Hij staat ons bij de kerkdeur op te wachten
en babbelt rustig en diplomatiek,
maar giet ons vol met bittere gedachten,
met onbehagen, argwaan en kritiek.

 Hij weet wel dat het niet meer lang kan duren:
een tijd, twee tijden, en een halve tijd.
En daarom strijdt hij nog die laatste uren
een hevige, maar reeds verloren strijd.

 Ziet God dan niet hoe zwaar het u gaat vallen?
Dat het nog nooit zo moeilijk is geweest?
Dat wij reeds lang gereed staan met ons allen
en uitzien naar Zijn overwinningsfeest?

 God wacht nog op uw kind, dat zo verloren
blijft zwerven over onbewaakt terrein,
en op uw kleinkind, nog niet eens geboren:
God wil zo graag dat het erbij zal zijn.

(Uit: E. IJskes-Kooger, Een fluit van riet)

Related Posts

Leave a Reply