God geeft vrijaf

Vakantie!
Vaak denken we dat wij die uitgevonden hebben.
Logisch, want een eeuw geleden was er van vakantie amper sprake.
Een enkele welgestelde kon het zich veroorloven erop uit te gaan
maar voor de gewone man en vrouw was dat niet weggelegd.
Goed dat dit nu anders is…

Toch is vakantie geen uitvinding van ons.
Lang echter voordat wij zo verstandig waren
om voor ieder zo’n periode van rust te organiseren,
deed God het al…
Drie weken per jaar nota bene.
In het voorjaar, met Pascha.
In de zomer, met Pinksteren.
En in de herfst, vanwege het Loofhuttenfeest.
De bestemming baarde geen zorgen, die stond bij voorbaat vast.
De eerste twee weken ging je met zijn allen ‘op’ naar Jeruzalem
en de derde week bivakkeerde je in een loofhut vlakbij huis.

Mooi is dat.
God wilde blijkbaar niet dat zij slaven van hun werk werden.
Compleet uitgeput en afgemat zouden raken.
Hij gunde momenten van verademing.
Gebood het zelfs.
Naast de wekelijkse vrije dag
een drietal weken per jaar vrijaf.
Met het reizen erbij konden dat er zelfs wel vier of vijf worden.
Met de bedoeling even los te komen van de dagelijkse beslommeringen
en er voor Zijn aangezicht een feest van te maken.
Vrolijk te worden, zoals er herhaaldelijk staat.

De vrolijkheid werd vooral gestempeld
door bewust stil te staan bij gegeven zegen.
Hoe God hen ooit genadig had verlost (Pascha),
Zich in liefde en trouw met hen verbonden had (Pinksteren),
en hen onderweg in de woestijn van het nodige had voorzien (Loofhuttenfeest)
Tegelijk mochten ze zich te goed doen aan de geschonken overvloed,
door het samen royaal te nemen van de binnengehaalde oogst.

Wij zijn geen Israël.
Wel is hun God onze God.
Reken maar dat Hij wat graag ziet
wanneer wij vakantie vieren zoals zij.
Even loskomen van alles wat ons bezet.
Om vrolijk te worden voor Zijn aangezicht
om wie Hij voor ons is en om alles wat Hij gaf.
Waar ook maar… ver van huis of thuis.
Al besef ik maar al te goed,
dat de zegen en de zorg in ons leven
al te vaak zo door elkaar heen lopen
dat van louter vrolijk zijn maar zelden sprake is.
Juist als de druk eraf is, kan er van alles boven komen.
Eén ding is zeker: voor Hem hoeven we ons niet op te kloppen,
maar mogen we zo nodig alle sores van ons hart uitstorten.
God is ons een Toevlucht… ook in de vreemde.

Voor wie er helemaal geen vakantie in zit
vanwege ziekte of pijn, ouderdom of anderszins
blijft de Levende intussen als geen ander de Nabije
tot Wie we door de tranen heen biddend zingen:
Zelfs vindt de mus een huis o Heer
de zwaluw legt haar jongen neer
bij Uw altaren in Uw woning.
Laat mij bij U zo thuis zijn, HEER,
want daar is vrede; ik begeer
bij U te zijn, mijn God en Koning!
Welzalig wie daar wonen mag,
hij/zij zingt Uw lof van dag tot dag.
(Ps. 84:2 uit de bundel Weerklank)

Paul Visser

Related Posts